|
|||||||||||
|
|||||||||||
|
23 augustus 2006 Wetsvoorstel huisverbodDe regering heeft een wetsvoorstel ingediend dat de burgemeester de mogelijkheid biedt een huisverbod op te leggen aan een persoon van wie blijkt dat diens aanwezigheid in de woning ernstig gevaar oplevert voor de veiligheid van een of meer huisgenoten. In de praktijk zal het huisverbod worden opgelegd door de politie. De persoon aan wie een huisverbod is opgelegd wordt uithuisgeplaatste genoemd. De indruk zou hierdoor kunnen ontstaan en is ook anderszins al gewekt, dat de overheid voor vervangende huisvesting van de uithuisgeplaatste zou zorgen. Dat is een misverstand: dat is het probleem van de uithuisgeplaatste. De uithuisgeplaatste moet dat zelf uitzoeken. De uithuisgeplaatste zal bijvoorbeeld in een hotel of bij vrienden of familie moeten verblijven. Het kan dus ook voorkomen dat de uithuisgeplaatste noodgedwonen op straat de nacht moet doorbrengen. De maatregel duurt in beginsel 10 dagen maar kan verlengd worden. De bedoeling is dat er binnen die 10 dagen hulpverlening op gang zou komen, die het mogelijk zou maken dat de uithuisgeplaatste weer terug zou kunnen keren. Of daar veel van terecht komt lijkt op zijn minst zeer de vraag. De uithuisgeplaatste kan tegen de maatregel beroep instellen bij de rechtbank en een voorlopige voorziening aanvragen bij de voorzieningenrechter. In dat laatste geval wordt de uithuisgeplaatste binnen 3 dagen door de voorzieningenrechter gehoord. De uithuisgeplaatste die een huisverbod overtreedt pleegt een misdrijf waar 2 jaar gevangenisstraf op staat. Advies Raad van State en nader rapport
|
|